Kwart Hagenaars kan slecht lezen en schrijven: 'Dat is ontoelaatbaar'

Wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA) leest kinderen voor
Wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA) leest kinderen voor © Gemeente Den Haag
DEN HAAG - In Den Haag heeft één op de vier inwoners van zestien jaar en ouder moeite met lezen en schrijven. In sommige wijken gaat het zelfs om de helft van de volwassenen. Dat blijkt uit cijfers van de gemeente Den Haag. De gemeente vindt het zorgelijk en trekt extra geld uit om de problemen aan te pakken.
Een tijdschrift lezen, surfen op het internet, een gesprek voeren met een dokter of het begrijpen van een brief van de gemeente. Dat is voor 24 procent van de Hagenaars niet vanzelfsprekend. Zij zijn laaggeletterd en kunnen slecht lezen, schrijven en digitale informatie doorgronden. Landelijk ligt dit percentage op twaalf procent. Daarnaast heeft 51 procent van de Haagse kinderen tussen de 2,5 en 4 jaar taalproblemen.
Ook in vergelijking met andere grote steden scoort Den Haag slecht. In Rotterdam is 21 procent laaggeletterd en in Amsterdam gaat het om achttien procent.

'Taal belangrijk om samenleving te zijn'

Wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA) van Den Haag maakt zich zorgen. 'Taal is ontzettend belangrijk om een samenleving te kunnen zijn', zegt hij. 'Je moet gesprekken kunnen voeren met je buren of met de dokter en je moet brieven van de gemeente kunnen lezen. Het is belangrijk om de samenleving te snappen, want dan kan je er onderdeel van zijn.'
Volgens de gemeente spelen de samenstelling van de bevolking, het opleidingsniveau en het aandeel studenten dat er woont een rol bij het taalniveau van de inwoners.
'Het hogere aandeel migranten in Den Haag is een belangrijke reden dat het percentage laaggeletterden in de gemeente Den Haag hoger ligt dan het gemiddelde in Nederland', staat in een rapport van de gemeente. Dat verklaart ook het gegeven dat in sommige Haagse wijken zoals Laak zelfs de helft van de inwoners laaggeletterd is.

Ouders en kinderen opzoeken

Om de problemen het hoofd te bieden, gooit de gemeente het over een andere boeg. Tot nu toe richtte de stad zich vooral op volwassenen, maar in het Actieplan Taal, doorbreek de cyclus van laaggeletterdheid wordt ook specifiek naar kinderen gekeken.
'Als ouders moeite hebben met lezen en schrijven is de kans levensgroot dat hun kinderen beginnen met een taalachterstand die moeilijk in te halen is', zegt Bredemeijer. 'Dit moeten we doorbreken door ouders en kinderen in de wijken op te zoeken.'

Miljoenen extra

Voor het actieplan heeft de gemeente de komende jaren miljoenen extra uitgetrokken. Het gaat om een bedrag dat oploopt tot jaarlijks 4,5 miljoen euro vanaf 2026. Dat geld gaat onder meer naar het opleiden van leraren en pedagogisch medewerkers, zodat zij taalproblemen al op jonge leeftijd ontdekken.
Ook komt er geld beschikbaar voor het uitdelen van boeken via de scholen en voedselbanken, het plaatsen van bibliotheken in scholen en het aanbieden van taallessen in combinatie met kinderopvang.

'Ontoelaatbaar'

Bredemeijer: 'Wij willen met ons actieplan niet alleen volwassenen helpen, maar juist ook heel jonge kinderen ondersteunen, zodat we het probleem bij de bron aanpakken. Het is ontoelaatbaar dat zoveel Haagse kinderen met een taalachterstand kampen en zo niet hun kans kunnen pakken op school of later op werk.'