Sjaak Roggeveen: Holland Sport-legende, international en publiekslieveling

Sjaak Roggeveen rent juichend weg na een doelpunt
Sjaak Roggeveen rent juichend weg na een doelpunt © ANP
DEN HAAG - Als de naam Sjaak Roggeveen valt, dan springen oude Scheveningers nog steeds juichend op. Roggeveen was tijdens de hoogtijdagen van Holland Sport eind jaren zestig het boegbeeld van de Haagse profclub. Zelf kijkt de doelpuntenmachine vijftig jaar later, met nostalgische gevoelens terug op zijn tijd op Houtrust: 'Ik ben door de Scheveningers goed ontvangen, soms op handen gedragen, maar ik heb daar dan ook een fantastische tijd gehad.'
Het laatste seizoen van de roemruchte Haagse profclub Holland Sport was vijftig jaar geleden. Bertus de Harder, Sjaak Roggeveen en Martin van Vianen zijn enkele iconische namen die op Houtrust menig tegenstander aan de zegekar bonden. We kijken dit seizoen een aantal keer terug op de zeventien jaar dat Scheveningen een profclub had. In deze derde aflevering staat sterspeler Jacques (beter bekend als Sjaak) Roggeveen centraal.
De geboren Rotterdammer kwam via een omweg op Scheveningen terecht. Dat hij talent had, bleek begin jaren zestig al. 'Ik werd als linksbuiten gevraagd door Feyenoord, maar daar had ik ene Coen Moulijn voor me. Op de andere flank stond Pummy Bergholtz, ook geen verkeerde. Toen wist ik voor mezelf dat ik in het tweede zou komen te spelen en dat team speelde op zaterdagmiddag. Ik had in die tijd al een winkel en zaterdag was de belangrijkste dag, met de meeste klanten, dus dat ging niet door.
Sjaak Roggeveen in 1969
Sjaak Roggeveen in 1969 © Nationaal Archief
Uiteindelijk kwam Roggeveen door omzwervingen, die liepen via de amateurs van het Rotterdamse CVV Mercurius en eerstedivisieclub DHC uit Delft, in 1966 bij Holland Sport terecht. Hij werd door trainer Cor van der Hart als linksbuiten opgesteld bij de Scheveningse profclub. 'Maar ik kwam als linksbuiten dermate veel naar binnen', zegt de nu 78-jarige Roggeveen daarover. 'Dat ik na twee of drie wedstrijden in de spits kwam te staan. In mijn eerste jaar werd ik tweede op de topscorerslijst van de eerste divisie achter Volendammer Dick Tol.'

Topscorer van de eerste divisie

Het jaar daarop werd Holland Sport kampioen van de eerste divisie en Roggeveen topscorer van de competitie. 'We hadden een verschrikkelijk goed geheel, met spelers die voor elkaar door het vuur gingen', dreunt hij meer dan vijftig jaar later zijn herinneringen op in het radioprogramma West Sport. 'Trainer Van der Hart was daarnaast een trainer die ik als mens en eerder als voetballer bewonderde. Het elftal groeide in die jaren onder hem naar elkaar toe. Wat daar werd gedaan, dat mis ik in het huidige voetbal.'
Maar ook het publiek dat naar Holland Sport kwam, kan hij zich nog zo voor de geest halen. 'Het was enerzijds heel fanatiek', weet hij. 'Maar ook een publiek dat iets zegt als je een takkenwedstrijd hebt gespeeld. Ik had een naam als doelpuntenmaker opgebouwd en daar werd ik op beoordeeld of veroordeeld.'

Zaadwedstrijd spelen

'Maar ook ons team kreeg het soms te verduren', vervolgt hij. 'Menig topclub kwam met knikkende knieën naar Houtrust toe, maar tegen teams waarvan wij dachten, die kunnen we makkelijk hebben, speelden wij een zaadwedstrijd. Ondanks die soms dramatische wedstrijden bleef het publiek achter het doel aan de Scheveningse kant wel opzwepend fanatiek. Daar werd je strijdbaar van.'
Roggeveen bleef ook in de eredivisie scoren en kreeg in 1969 een uitnodiging voor het Nederlands Elftal. Toch is hij bescheiden over de drie interlands die hij als voetballer van Holland Sport in het oranje speelde. 'Ik mocht mijn debuut maken, omdat Ajax en Feyenoord een conflict hadden met de KNVB', weet Roggeveen nog. 'Mijn trainer kende bondscoach Kessler goed en die had een spits nodig met een neusje voor het doel.' Dat neusje liet Roggeveen dan ook zien. In zijn eerste interland tegen Tsjecho-Slowakije (2-0 winst) scoorde hij gelijk beide Nederlandse treffers. Ook in zijn tweede interland scoorde hij als enige. Dit keer won Nederland met 1-0 van Polen. In zijn derde en laatste interland scoorde hij niet.
Vier debutanten bij Oranje in april 1969 met Sjaak Roggeveen als tweede van rechts
Vier debutanten bij Oranje in april 1969 met Sjaak Roggeveen als tweede van rechts © ANP

'Je voelde de spanning tussen de bestuursleden'

Terwijl het met Holland Sport op sportief gebied goed bleef gaan, ging het op de burelen mis. Dat merkte ook de Rotterdamse sterspeler. 'Je voelde de spanning tussen de heren bovenin', zegt hij daarover. De gemeente Den Haag had ze gepolst en ze kregen wat geld toegewezen, omdat de gemeente één profclub in de stad wilde. Als je een aantal van 15.000 tot 20.000 supporters elke thuiswedstrijd hebt, dan kun je in het huidige voetbal makkelijk overleven. Dan zijn er zat mensen die de club willen sponsoren. Alleen er werd een politiek spelletje gespeeld en toen ging de club als een nachtkaars uit.'
Holland Sport hield in de zomer van 1971 op met bestaan doordat de club opging in ADO. Roggeveen maakte daarop de overstap naar het Zuiderpark, maar hield het daar slechts één jaar vol. In 1972 ging hij terug naar zijn geliefde Rotterdam om te spelen voor Excelsior. Bij de club uit Kralingen werd hij twee jaar geleden uitgeroepen tot beste speler uit de historie van de club.