Ide Schelling droeg in krankzinnig jaar de bolletjestrui: 'Het leverde me zelfs een liedje op'

Schelling is na de eerste etappe dolgelukkig in zijn bolletjestrui
Schelling is na de eerste etappe dolgelukkig in zijn bolletjestrui © ANP
DEN HAAG - 'Of ik begrijp dat veel media mij willen interviewen? Ja natuurlijk, jullie moeten ook iets hebben om over te schrijven.' Het geschater van de goedlachse Ide Schelling aan de andere kant van de lijn is veelzeggend. Een jaar geleden hadden nog maar weinigen van hem gehoord. Inmiddels, een wielerseizoen later, staat de 23-jarige Hagenaar in de top-100 van beste wielrenners ter wereld en mocht hij deze zomer een week de bolletjestrui in de Tour de France dragen. 'Het was een absurd jaar.'
'Als je mij als kind had verteld dat ik naar "de Tour" zou gaan, had ik je al voor gek verklaard', blikt het jonge talent terug op zijn succesjaar. Niet alleen mocht hij de witte trui met rode stippen dragen. Ook ging de rijder van de Duitse ploeg BORA – hansgrohe aan de haal met de vierde plaats in de Brabantse pijl, pakte hij de prijs voor de strijdlust in de Amstel Gold Race, won hij in Zwitserland zijn eerste wedstrijd en werd hij tweede in de Ronde van Noorwegen.
Schelling verraste vriend en vijand door de felbegeerde trui te pakken
Schelling verraste vriend en vijand door de felbegeerde trui te pakken © ANP
'Ik heb mijzelf het hele jaar door verbaasd', vertelt Schelling, voor wie het pas het tweede jaar als prof was. 'Mijn eerste jaar was al goed, maar na de afgelopen maanden voelt het een beetje alsof ik een jaar heb overgeslagen. Dit had ik never nooit durven dromen. Alles viel op zijn plekje.'

Op een stadsfiets

Het hoogtepunt van 'de lachende rijder', de bijnaam die Schelling zichzelf verwierf, laat zich raden: de Tour de France. 'De Ronde van Frankrijk was voor mij al geslaagd op het moment dat ik hoorde dat ik mocht gaan. Dat stond namelijk helemaal niet op de planning. Maar door het uitvallen van een paar grote jongens, had mijn ploeg nog iemand nodig. Toen werd ik maar gebeld.'
Schelling lag bij de dokter toen zijn ploegbaas plotseling aan de telefoon hing. 'Ik kon in eerste instantie niet geloven wat ik hoorde. Ik ben direct met een hele grote glimlach, die ik sowieso altijd op mijn gezicht heb staan, naar huis gesjeesd. Ik denk dat ik nog nooit zo hard op mijn stadsfietsje heb gereden. Ik heb het grote nieuws toen direct aan iedereen verteld.'

Kippenvel

Met zijn ploeg vertrekt hij naar Frankrijk, Brest om precies te zijn. In de 198 kilometer lange etappe naar Landerneau, in het noordwesten, krijgt Schelling voor de eerste keer de kans om zich te laten zien in de meest prestigieuze wielrenwedstrijd ter wereld.
De bolletjestrui wordt in de Tour de France gedragen door de wielrenner die bovenaan staat in het bergklassement. Het aantal punten dat een wielrenner verdient, hangt af van de zwaarte van de berg en de positie waarop de renner over de top komt.
'Ik kreeg van mijn ploeg de vrijheid om aan te vallen. Daar had ik om gevraagd. Het wegrijden was een magisch moment. Ik had letterlijk kippenvel over mijn hele lijf. Omdat de eerste kilometers zo belangrijk waren en meer jongens wisten dat er een bolletjestrui te verdienen viel, was het extra spannend. Gelukkig lukte het om mee te komen in de vlucht, waardoor ik mocht meedoen in de sprintjes voor het bergklassement.'

'Konijn uit mijn hoge hoed'

De eerste twee sprints verliest de renner. Wil hij de bolletjestrui bemachtigen, dan moet het over een andere boeg. 'Ik had toen al door van: poeh, deze jongens zijn wel iets sneller dan normaal. Toen toverde ik dus maar dat konijn uit mijn hoge hoed.'
Schelling laat zich even terugzakken en doet alsof hij 'een gelletje' vraagt aan zijn ploegwagen. Hierdoor komt hij achter de kopgroep te rijden. Op het moment dat niemand het verwacht, vliegt hij op volle snelheid langs zijn concurrenten, die nog net niet de rookpluimpjes van zijn achterwiel zien afspatten. Hij heeft zijn tegenstanders gefopt.

Rood rugnummer

'Ik had zo'n groot gat geslagen dat ik direct solo mocht doorrijden naar de volgende top. Dat heb ik toen natuurlijk gedaan. Ik eindigde niet alleen als eerste Nederlander in tien jaar met de bolletjestrui, maar ook met het rode rugnummer, wat betekent dat je bent gekozen tot meest strijdlustige renner. Het ging wel lekker ja.'
Schelling is de strijdlustigste renner van de eerste etappe en mag het rode rugnummer dragen
Schelling is de strijdlustigste renner van de eerste etappe en mag het rode rugnummer dragen © ANP
Het leverde de opgewekte Schelling tientallen, zo niet honderden reacties op. In eerste instantie had hij nog niet helemaal in de gaten wat hij had gepresteerd. 'Je krijgt het eerst maar half mee. Ik zat er helemaal in en genoot volop. Het besef kwam pas een paar maanden later. Toen pas dacht ik echt: holy fuck. Wat daar allemaal gebeurde, was fenomenaal. Er kwam heel veel op mij af.'

De droom van kleine Ide

Naast de wildvreemden die Schelling opeens beginnen te portretteren in de vorm van een tekening, worden er zelfs liedjes over dé blikvanger van de Tour geschreven. Hij hoort van de een op de andere dag bij de grote mannen. 'Dat valt wel mee hoor', relativeert hij zijn succes. 'Als ik zie hoe hard de echte grote toppers kunnen trappen. Dat is om bang van te worden. Maar ik had in ieder geval nog nooit zo in de spotlight gestaan. Of ik uiteindelijk net zo goed word als zij? Dat lijkt mij sterk.'
'Ik neem het allemaal ook niet zo serieus', legt hij uit. 'Dat is voor mij de beste manier om het beste in mezelf naar boven te halen. Natuurlijk pak ik het professioneel aan, maar het draait om plezier. Daarom weet ik ook niet waar mijn plafond ligt. Grote wedstrijden als de Tour de France zijn leuk, maar daar heeft de kleine Ide nooit van gedroomd. Ik vind het leuk om lekker te koersen en een rol te spelen in de finales. Met die instelling ben ik op mijn best.'