Haagse kickboksleraar strijdt tegen vooroordelen: 'Als trainer ben je vader, broer én psycholoog'

DEN HAAG - Kickbokstrainer Maikel Polanen is er helemaal klaar mee. 'Schijtziek' wordt hij van de 'hooligans' die het imago van zijn sport verpesten. 'Die massale vechtpartijen hebben niks met kickboksen te maken', zegt hij, terwijl hij uitlegt hoe hij de strijd aangaat met de vooroordelen die heersen over zijn sport. 'Ik breng mijn leerlingen juist motivatie en discipline bij. Als trainer ben ik hun vader, broer en psycholoog tegelijk.'
Aan de Binckhorstlaan in Den Haag is ARJ trainingen gevestigd. In de grote sportschool geeft Polanen les in verschillende sporten, waaronder kickboksen. Sporters uit zijn gym vechten voor de verschillende grote vechtbonden. De 49-jarige trainer geldt als een begrip in de kickbokswereld. In het verleden kroonden enkele atleten (onder meer Naomi Tataroglu, Jan Kaffa en Tarik Khbabez) zich al tot wereldkampioen in verschillende disciplines. Daarnaast beschikt Polanen over veel aanstormend talent, die aan de vooravond van hun grote doorbaak staan. Eén van hen is Michael Boapeh. De 20-jarige vechter uit Den Haag maakt op 20 augustus zijn debuut voor GLORY.
Hoe valt het succes van ARJ Trainingen te verklaren? 'Er gelden hier kernwaarden die bij topsport horen', legt Polanen uit. 'Het gaat om discipline en structuur. Dat zijn de belangrijkste zaken. Als de jongens zich daar niet aan houden, stuur ik ze gewoon weg. Zij voelen hier ook dat hier een professionele topsfeer heerst en daar horen regels bij. Die visie draag ik constant naar hen uit. Ze komen hier als ongeleide projectielen binnen. Voor mij is het de taak om structuur aan te brengen en ze de dromen en doelen mee te geven. De contacten binnen ARJ met iedere grote organisatie zijn er. Als ze hun best doen, weten ze dat de kans bestaat om daar terecht te komen.'
Schijtziek van de vooroordelen
Toch gaat het vaak mis bij kickboksevenementen. Zo ontsierde het gevecht tussen Badr Hari en de Pool Arkadiusz Wrzosek op 19 maart van dit jaar in een massale vechtpartij op de tribunes. Het zijn niet de kickboksers, maar de fans die de fout ingaan. 'Ik zit nu al dertig jaar in de sport en ik word er echt schijtziek van', doelt de sportschoolhouder op de heersende vooroordelen. 'We kunnen het helaas niet veranderen. Kijk wat er in Hasselt gebeurt, dan heb je daar meteen vooroordelen over. Het zijn niet de sporters, maar het zijn de hooligans. Dit gebeurt ieder weekend in het voetbal. Omdat er miljarden met voetbal wordt verdiend, hoor je er niemand over. De vechtsport wordt meteen keihard aangepakt', zucht Polanen.
Kickbokstrainer Maikel Polanen hekelt de vooroordelen over het kickboksen
Hoe anders is de sfeer bij ARJ Trainingen. De 'ongeleide projectielen' - vaak afkomstig uit de 'mindere' Haagse wijken - ontwikkelen zich onder de vleugels van Polanen tot maatschappelijk betrokken mensen. Doorzettingsvermogen, niet opgeven en discipline zijn de pijlers voor het succes. 'Als je ziet hoeveel jongens van mij op scholen lesgeven om juist die pedagogische waarden bij te brengen.' De sporters worden daarnaast benaderd door scholen om jongeren te motiveren iets van hun leven te maken. 'Dat wordt ook helemaal niet genoemd.'
'Ik ben één, twee keer duidelijk'
Het negatieve stigma dat heerst rond kickboksen, grijpt Polanen persoonlijk aan. 'Ik word er best wel verdrietig van als ik zie hoe de sport wordt aangepakt. Het is één van de populairste en grootste sporten die we momenteel hebben.' Toch heeft ook de 49-jarige coach de oplossing niet voorhanden. 'Hoe dat weggenomen moet worden, weet ik niet. We doen wel ons best om te laten zien dat wij sporters die ambities hebben, helpen om verder te komen. Wij laten duidelijk zien dat ze op een hoger platform een maatschappelijke bijdrage kunnen leveren.'
Toch moet Polanen veel schaven aan de jongeren die zich aanmelden bij zijn gym. Hij stelt zich streng doch rechtvaardig naar hen op. 'Je krijgt heel veel jongens binnen die denken: "Oh ja, ik wil bij Glory vechten." Die denken dat het zonder effort komt, zonder keihard te werken. Daar verspil ik mijn tijd niet aan. Dan ben ik keihard en vertel ik ze dat ze beter een andere sportschool kunnen zoeken. Dat geldt ook voor de jongens die zijn gegroeid van de nieuwelingsklasse naar de profklasse en soms naast hun schoenen willen gaan lopen. Ook voor hen ben ik één, twee keer duidelijk. Daarna mogen ze ook uitschrijven en wegwezen.'
Meer trainer of mentor?
Voelt hij zich meer trainer of mentor? 'Ik voel me allebei', reageert Polanen met een brede glimlach. 'Ik vind dat dat ook mijn taak is. Als trainer ben je een vader, de broer én de psycholoog. Je bent eigenlijk alles. De jongens komen met hun problemen bij jou. Bepaalde jongens trainen twee tot drie keer op een dag. Ik ben eigenlijk alles voor hen. Als je mij die vraag stelt: ik heb meerdere petten op, absoluut.'
